Terug naar de lijst

BINNENVERLICHTING

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5

Binnenlicht

Met het bewegen van de schakelaar 1 kunt u kiezen voor:

- een constant brandende verlichting;

- een verlichting die gaat branden als één van de portieren wordt geopend, De binnenverlichting gaat alleen uit als de portieren, waarop de verlichting reageert, goed gesloten zijn;

- het onmiddellijk uitgaan.

Leesspots

(afhankelijk van de auto)

Kantel de schakelaar 2.

Binnenlicht achter 3

Met het kantelen van de schakelaar 4 kunt u kiezen voor:

- constant brandende verlichting;

- verlichting die gaat branden als één van de achterportieren wordt geopend. Deze gaat pas uit als de portieren, waarop de verlichting reageert, goed gesloten zijn;

- niet branden van de verlichting.

Opmerking

Door het ontgrendelen van de portieren met de afstandsbediening gaat de binnenverlichting enige tijd branden.

Met het openen van een voor- of achterportier gaat de verlichting opnieuw enige tijd branden.

Daarna gaat de verlichting in het interieur en in de bagageruimte geleidelijk uit. Er zijn verschillende tijdschakelingen voor het doven van de verlichting:

- na 15 minuten als een portier open is gebleven;

- na 15 secondes als alle portieren gesloten zijn;

- als u het contact aanzet.