Bekijk videoclips over uw auto
Zorg voor uw auto
Weet wat de betekenis is van de waarschuwingslampjes in uw auto
Controlelampje markeringslicht
Controlelampje grootlicht
Controlelampje richtingaanwijzers
Controlelampje startvergrendeling
Raadpleeg de paragraaf “Startvergrendeling” in hoofdstuk 1.
Indicatielampje “klaar om te rijden”
Raadpleeg de paragraaf “Starten, stoppen van de motor” in hoofdstuk 2.
Waarschuwingslampje airbag
Dit gaat branden bij het aanzetten van het contact en dooft na enkele seconden.
Als het niet gaat branden bij het aanzetten van het contact of als het oplicht tijdens het rijden, wijst dit op een storing in het systeem.
Raadpleeg zo spoedig mogelijk een merkdealer.
Waarschuwingslampje koppeling van laadsnoer
Het gaat branden zodra het laadsnoer op de elektrische voedingsbron is aangesloten.
Waarschuwingslampje
Dit gaat branden bij het aanzetten van het contact en gaat uit zodra de motor is gestart. Het kan met andere waarschuwingslampjes op het instrumentenpaneel oplichten.
Het is nodig voorzichtig direct naar een merkdealer te rijden. Als u dit voorschrift negeert, loopt u het risico dat uw auto beschadigd wordt.
Waarschuwingslampje stop onmiddellijk
Dit gaat branden bij het aanzetten van het contact en gaat uit zodra de motor is gestart. Het gaat tegelijk met andere waarschuwingslampjes branden en gaat vergezeld van een geluidssignaal.
Het dwingt u, voor uw veiligheid, direct te stoppen zonder het verkeer in gevaar te brengen. Stop de motor en start deze niet opnieuw.
Roep de hulp in van een merkdealer.
Speciale functie: bij een steile afdaling gaat er een waarschuwingslampje branden en klinkt er een geluidssignaal om aan te geven dat de snelheid van de auto te hoog is. U moet langzamer gaan rijden. Risico van beschadiging van de motor. Het waarschuwingslampje dooft zodra de auto onder zijn maximumsnelheid rijdt.
Controlelampje voorruitverwarming
.
Waarschuwingslampje laadstroom 12 volt
Beperk, als het lampje gaat branden, het gebruik van de uitrustingen en accessoires die veel energie verbruiken en die u niet nodig hebt.
Als het lampje blijft branden, moet u zo snel mogelijk bij een merkdealer langsgaan.
Als het lampje blijft branden in combinatie met waarschuwingslampje ® en een geluidssignaal, duidt dit op een storing in het laadstroomcircuit van de 12V-accu. Stop en roep de hulp in van een merkdealer.
Waarschuwingslampje remsysteem en waarschuwingslampje handrem aangetrokken
Het gaat branden bij het aanzetten van het contact en dooft zodra de handrem is vrijgezet.
Als het controlelampje tijdens het remmen gaat branden samen met het waarschuwingslampje ® en er een geluidssignaal klinkt, dan wijst dat op een daling van de hoeveelheid remvloeistof of op een storing aan het remsysteem.
Stop en roep de hulp in van een merkdealer.
Waarschuwingslampje temperatuur elektronisch systeem
Wanneer het waarschuwingslampje gaat branden, heeft de motor of de tractiebatterij een te hoge temperatuur. Neem een soepeler rijgedrag aan.
Het branden van het waarschuwingslampje kan gepaard gaan met een vermindering van de prestaties van de auto.
Waarschuwingslampje laag niveau tractiebatterij
Het gaat branden wanneer het laadniveau van de tractiebatterij op reserve staat. Raadpleeg de paragraaf “Displays en meters” in hoofdstuk 1.
Waarschuwingslampje elektronisch systeem
Wanneer het tijdens het rijden gaat branden, is er sprake van een elektrotechnische storing in het “58 volt”-circuit. Raadpleeg snel een merkdealer.
Als dit knippert nadat de auto is gestart of tijdens het rijden, en tegelijk het controlelampje ® brandt en een geluidssignaal klinkt, geeft dit aan dat de laadklep geopend of niet goed gesloten is. Stop en zet het contact uit en zorg ervoor dat het laadsnoer is losgekoppeld en dat de klep goed gesloten is.