Terug naar de lijst

POMPSET VOOR DE BANDEN

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5

De set repareert beschadigde banden waarvan het loopvlak A beschadigd is door een voorwerp van minder dan 4 millimeter. Hij repareert niet alle typen lekken, zoals sneden van meer dan 4 millimeter, sneden aan de zijkant B van de band, enz.

Controleer ook of de velg in goede staat is.

Verwijder niet het voorwerp dat de oorzaak is van de lekkage als dit nog in de band zit.

Gebruik de pompset niet als de band beschadigd is door het rijden met een lekke band.

Controleer dus zorgvuldig de zijkant van de banden voor het repareren.

Bovendien kan het rijden met zachte of zelfs platte (of lekke) banden de veiligheid in gevaar brengen en niet te repareren blijken.

Deze reparatie is tijdelijk.

Een lekke band moet zo snel mogelijk worden gerepareerd en vóór terugplaatsing door een deskundige worden onderzocht.

Voor het vervangen van een band die met behulp van deze set gerepareerd is, moet u de specialist op de hoogte brengen.

Tijdens het rijden kan een trilling gevoeld worden door de aanwezigheid van het product in de band.

De set is uitsluitend bestemd en goedgekeurd voor het oppompen van banden van een auto die met deze set uitgerust is.

In geen geval mag de set gebruikt worden voor het oppompen van banden van een andere auto of enig ander oppompbaar voorwerp (zwemband, boot, enz.).

Voorkom dat de huid in contact komt met de vloeistof tijdens de reparatiehandelingen. Als toch druppeltjes ontsnappen, moet u deze overvloedig afspoelen.

Houd de reparatieset uit de buurt van kinderen.

Gooi het lege reservoir niet in de natuur. Lever het in bij uw merkdealer of bij een depot voor klein chemisch afval.

Het reservoir heeft een beperkte houdbaarheid die is aangegeven op zijn etiket. Controleer de houdbaarheidsdatum.

Ga bij een merkdealer langs om de pompslang en het reservoir met het reparatieproduct te laten vervangen.

Gebruik in geval van een lekke band, de set die is opgeborgen onder de mat van de bagageruimte.

Draaiende motor, parkeerrem vastgezet,

- Schroef de dop van de flesafdruk 3 los;

- schroef de dop van de fles 2;

- Schroef de fles 2 bij de flesafdruk 3 op de compressor;

- schroef het dopje van het ventiel van het betreffende wiel los en schroef de pompaansluiting 6 erop;

- koppel de accessoires los die eerder waren aangesloten op de accessoireaansluitingen van het voertuig;

- sluit de aansluiting4 uitsluitend aan op de accessoireaansluiting van de auto;

- druk op de schakelaar 5 om de band op te pompen tot de voorgeschreven bandenspanning (raadpleeg de paragraaf “bandenspanning”);

- na maximaal 10 minuten stopt u het pompen om de spanning af te lezen (op de manometer 1).

NB: terwijl de fles leegloopt (ongeveer 30 seconden), geeft de manometer 5 kort een druk van 6 bar aan, daarna daalt de spanning.

- corrigeer de bandenspanning: voor meer spanning, ga door met pompen met de set.

Als na 10 minuten niet een spanning van minimaal 1,8 bar wordt bereikt, is er geen reparatie mogelijk, rijd dan niet verder, maar roep de hulp in van een merkdealer.

Voordat u de set gebruikt zet u de auto aan de kant van de weg, ver genoeg van het verkeer, schakelt u de alarmknipperlichten in, zet u de handrem vast, laat u alle inzittenden uit de auto stappen en zorgt u dat deze zich op veilige afstand van het verkeer bevinden.

Als u de auto heeft stilgezet in de berm van de weg, moet u de andere weggebruikers waarschuwen door middel van de gevarendriehoek of op een andere, in het land waar u bent, voorgeschreven manier.

Als de band correct is opgepompt, verwijdert u de set: schroef de pompdop 6 voorzichtig los zodat er geen product kan wegspuiten en berg de fles op in een plastic zak zodat er geen product kan wegstromen.

- Plak het etiket met de rijvoorschriften op een voor de bestuurder zichtbare plaats op het dashboard;

- Berg de set op.

- Als de band na de eerste keer oppompen nog steeds lek is, moet er worden gereden om het gat te vullen.

- Rijd direct weg en rijd tussen de 20 en 60 km/u om het product gelijkmatig in de band te verdelen. Stop na 3 kilometer rijden om de spanning te controleren.

- Als de spanning hoger is dan 1,3 bar, maar lager dan de voorgeschreven waarde, corrigeer deze dan (raadpleeg de sticker op de zijkant van het bestuurdersportier); als dit niet zo is, neem dan contact op met een merkdealer: er is geen reparatie mogelijk.

In geval van plotseling remmen zouden deze onder de pedalen terecht kunnen komen, waardoor de bestuurder deze niet meer goed kan bedienen.

Voorzorgsmaatregel bij het gebruik van de set

De set mag niet langer dan 10 minuten aaneengesloten gebruikt worden.

Let op, als een ventieldopje ontbreekt of niet goed vastgezet is, kan er lucht uit de banden ontsnappen en de bandenspanning afnemen.

Zorg altijd dat de ventieldopjes gelijk zijn aan de originele en dat ze helemaal vastgezet zijn.

Na een reparatie met behulp van de set, mag u niet meer dan 200 km rijden. Verminder bovendien uw snelheid en rijd in elk geval niet sneller dan 80 km/u. Het etiket dat u op een zichtbare plaats op het dashboard moet plakken, herinnert u hieraan.

Afhankelijk van het land of de plaatselijke voorschriften, moet een met de pompset gerepareerde band worden vervangen.

BANDENVULKIT EN ZEKERINGEN