Bekijk videoclips over uw auto
Zorg voor uw auto
Weet wat de betekenis is van de waarschuwingslampjes in uw auto
Waarschuwingslampje 'onmiddellijk stoppen'
Dit gaat branden wanneer het contact wordt aangezet of de motor wordt gestart en dooft
zodra de motor draait.
Het verschijnt tegelijk met andere waarschuwingslampjes en/of berichten en gaat vergezeld
van een geluidssignaal.
Voor uw veiligheid dwingt dit u direct te stoppen zodra dit op veilige wijze kan.
Stop de motor en start deze niet opnieuw. Roep de hulp in van een merkdealer.
Waarschuwingslampje
Als dit tijdens het rijden rood wordt en het controlelampje verschijnt, moet u voor de veiligheid stoppen zodra de verkeersomstandigheden het
toelaten. Stop de motor en start deze niet opnieuw. Roep de hulp in van een merkdealer.
Als dit tijdens het rijden geel wordt en het controlelampje verschijnt, moet u zo snel mogelijk een merkdealer raadplegen. Rijd ondertussen voorzichtig .
Als u dit advies negeert, loopt u het risico dat uw auto beschadigd wordt.
Waarschuwingslampje storing remsysteem
Het licht op bij het aanzetten van het contact of het starten van de motor en dooft
binnen enkele seconden.
Als het tijdens het remmen gaat branden met het waarschuwingslampje en er een geluidssignaal klinkt, dan wijst het op een daling van de hoeveelheid remvloeistof
of een storing aan het remsysteem.
Stop onmiddellijk en raadpleeg een merkdealer.
Waarschuwingslampje laadstroom
Het licht op bij het aanzetten van het contact of het starten van de motor en dooft
binnen enkele seconden.
Als het tijdens het rijden gaat branden samen met het waarschuwingslampje en er een geluidssignaal klinkt, betekent dit dat het elektrische circuit onvoldoende
of te veel geladen wordt.
Stop onmiddellijk en raadpleeg een merkdealer.
Als het tijdens het rijden gaat branden met het waarschuwingslampje en een geluidssignaal weerklinkt, betekent dit dat het elektrische circuit onvoldoende
of te veel geladen wordt.
Waarschuwingslampje oliedruk
Het licht op bij het aanzetten van het contact of het starten van de motor en dooft
binnen enkele seconden.
Als het tijdens het rijden gaat branden samen met het waarschuwingslampje en er een geluidssignaal klinkt, moet u direct stoppen en het contact uitzetten.
Controleer het oliepeil MOTOROLIE.
Als het peil normaal is, betreft het waarschuwingslampje iets anders.
Roep de hulp in van een merkdealer.
Waarschuwingslampje koelvloeistoftemperatuur
Dit licht blauw op wanneer u het contact aanzet of de motor start.
Als het rood wordt, moet u stoppen en de motor een tot twee minuten stationair laten
draaien.
De temperatuur zou moeten afnemen en het waarschuwingslampje zou moeten worden uitgeschakeld
of opnieuw blauwe oplichten. Als dit niet zo is moet u de motor stoppen. Laat deze
afkoelen voordat u de koelvloeistof controleert.
Roep de hulp in van een merkdealer.
Controlelampje snelheidsafhankelijke stuurbekrachtiging
Het licht op bij het aanzetten van het contact of het starten van de motor en dooft
binnen enkele seconden.
Als het verschijnt tijdens het rijden, samen met het waarschuwingslampje , duidt dit op een storing in het systeem.
Roep de hulp in van een merkdealer.
Controlelampje storing tractiebatterij
Als dit lampje samen met het controlelampje verschijnt, duidt dit op een storing in de werking van de tractiebatterij. Raadpleeg
snel een merkdealer.
Controlelampje elektromotor
Dit lampje duidt op een storing in het elektrotechnische systeem van de elektromotor.
Raadpleeg snel een merkdealer.
Controlelampje 'storing in elektronisch systeem'
Dit lampje duidt op een elektrotechnische storing (tractiebatterij en elektromotor).
Raadpleeg snel een merkdealer.
Controlelampje elektronisch systeem
Dit verschijnt als de temperatuur van de elektrische eenheid te hoog is.
Stop het voertuig zonder het contact uit te schakelen.
De temperatuur moet zakken en het waarschuwingslampje moet verdwijnen.
Raadpleeg anders een merkdealer.
Waarschuwingslampje
Dit gaat branden wanneer het contact wordt aangezet of de motor wordt gestart en dooft
zodra de motor draait.
Het kan tegelijk gaan branden met andere waarschuwingslampjes en/of meldingen op het
instrumentenpaneel.
Dit betekent dat u zo snel mogelijk, maar wel voorzichtig, naar een merkdealer moet rijden. Als u dit advies negeert, loopt u het risico dat
de auto beschadigd wordt.
Waarschuwingslampje airbag
Het licht op bij het aanzetten van het contact of het starten van de motor en dooft
binnen enkele seconden. Als het niet oplicht bij het aanzetten van het contact of
als het oplicht bij draaiende motor, wijst dit op een storing in het systeem.
Raadpleeg zo snel mogelijk een merkdealer.
Waarschuwingslampje brandstofpeil
Het licht oranje op bij het aanzetten van het contact of bij het starten van de motor
en dooft binnen enkele seconden.
Als het tijdens het rijden oranje oplicht met een geluidssignaal: ga zo snel mogelijk
tanken. Er is dan nog voldoende brandstof over om nog ongeveer 50 km te rijden.
Waarschuwingslampje roetfilter
Waarschuwingslampje luchtverontreiniging
Bij auto's die met deze functie zijn uitgerust, gaat dit lampje branden wanneer de
motor wordt gestart en, afhankelijk van de auto, wanneer het contact wordt uitgeschakeld
terwijl de motor zich in stand-byFUNCTIE STOP AND START bevindt, gaat het uit.
waarschuwingslampje voorverwarming
(dieselversie)
Met contact aan, moet het oplichten. Het geeft aan dat voorverwarmingsstiften werken.
Als de voorverwarming is beëindigd, dooft het lampje en kan de motor worden gestart.
Controlelampje bij te lage bandenspanning
Dit lampje verschijnt als u het contact aanzet of de motor start en het verdwijnt
na enkele seconden.
Controlelampje antiblokkeersysteem
Het licht op bij het aanzetten van het contact of het starten van de motor en dooft
binnen enkele seconden.
Als dit lampje tijdens het rijden oplicht, wijst dit op een storing in het ABS-systeem.
Er kan dan met de auto worden geremd als bij een auto zonder ABS. Raadpleeg snel een merkdealer.
Waarschuwingslampje Elektronisch Stabiliteitsprogramma (ESP) en tractiecontrole
Het licht op bij het aanzetten van het contact of het starten van de motor en dooft
binnen enkele seconden.
Het waarschuwingslampje kan om verschillende redenen gaan branden.
Waarschuwingslampje om aan te geven dat de elektronisch stabiliteitsbediening (ESC) en de tractiecontrole niet beschikbaar zijn
Controlelampje storing voetgangersclaxon
Waarschuwingslampje om een storing aan te geven of om aan te geven dat de functie "Actieve noodstop" niet beschikbaar is
waarschuwingslampje mistachterlicht
waarschuwingslampje elektrische bedrijfsmodus
Dit verschijnt wanneer het voertuig alleen wordt aangedreven door de elektromotor
en de tractiebatterij.
Controlelampje Rijstrookcentrering
Controlelampe ECO-modus
Dit gaat branden wanneer de ECO-modus wordt geactiveerd.
Controlelampje markeringslicht
Controlelampje dimlicht
waarschuwingslampje mistlichten voor
Controlelampje richtingaanwij-zers links
Controlelampje richtingaanwijzers rechts
Controlelampje tractiebatterijpeil
Het gele lampje verschijnt als het laadniveau van de tractiebatterij de reservedrempel
bereikt DISPLAYS EN METERS.
Controlelampje grootlicht
Waarschuwingslampje voet op het rempedaal
Het licht op zodra het rempedaal moet worden ingedrukt.
Indicatielampjes voor overschakelen naar de volgende versnelling
Ze lichten op om u te adviseren naar een hogere versnelling (pijl omhoog) of lagere
versnelling (pijl omlaag) te schakelen.