Terug naar de lijst

ACHTERUITRIJCAMERA

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5

Menu “Achteruitrijcamera”

Wanneer de achteruitversnelling is ingeschakeld, wordt de achteruitrijcamera aan de achterkant van de auto geactiveerd om het beeld achter de auto te verzenden naar het multimediascherm.

Wanneer de achteruitrijcamera wordt weergegeven op het scherm van het multimediasysteem, kunt u de instellingen openen door op het pictogram 1 te drukken.

Voor meer informatie over de achteruitrijcamera, raadpleegt u het instructieboekje van uw auto.

Opmerking:

- zorg ervoor dat de camera´s niet zijn afgedekt (door vuil, modder, sneeuw enz.);

- het display van de achteruitrijcamera is niet meer beschikbaar (zwart scherm) wanneer de voertuigsnelheid hoger is dan ongeveer 10 km/u, afhankelijk van de lokale wetgeving.

Tekeningen

U kunt de volgende items in- of uitschakelen:

- de bewegende geleidelijnen 5 geven de verplaatsingsrichting van de auto aan volgens de positie van het stuurwiel;

- de bewegende geleidelijnen 6 geven de afstand achter de auto aan;

- de bewegende geleidelijnen van de aanhanger 7 geven de verplaatsingsrichting van de aanhanger volgens de positie van het stuurwiel aan.

Beeldinstellingen

U kunt de volgende instellingen aanpassen:

- helderheid 2;

- contrast 3;

- kleur 4.

“Automatisch in-/uitzoomen”

(naargelang de uitrusting)

U kunt “Automatisch in-/uitzoomen” 8” activeren of deactiveren.

Voer deze aanpassingen uitsluitend uit als de auto stilstaat.