Terug naar de lijst

PARKEERHULP

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5

De werking van het systeem

Ultrasoondetectoren die in de bumper van de auto ingebouwd zijn, “meten” de afstand tussen de auto en een obstakel.

Het parkeerhulpsysteem wordt ingeschakeld wanneer u de auto in de achteruitversnelling schakelt.

Deze meting vertaalt zich in geluidssignalen waarvan de frequentie toeneemt naarmate het obstakel dichterbij komt, totdat het een continu geluid wordt wanneer het obstakel ongeveer 20 à 30 cm van de auto verwijderd is.

Bijzonderheden

Zorg ervoor dat de ultrasoonsensoren, aangeduid door de pijlen, niet worden verborgen (door vuil, modder, sneeuw, een slecht gemonteerde/bevestigde nummerplaat), geraakt, aangepast (waaronder lakwerk enz.) of belemmerd door een accessoire aan de voor- of achterzijde van uw voertuig.

Deze functie is een extra hulp tijdens het rijden.

Deze functie kan in geen enkel geval de oplettendheid en verantwoordelijkheid van de bestuurder vervangen bij het manoeuvreren.

De bestuurder moet altijd op zijn hoede blijven voor plotselinge gebeurtenissen tijdens het rijden: let dus altijd op of er zich bij het manoeuvreren geen kleine, smalle obstakels (zoals een kind, dier, kinderwagen, fiets, steen, paaltje, enz.) in uw blinde hoek bevinden.

Werking

Als de achteruitversnelling wordt ingeschakeld, klinkt er een geluidssignaal. De meeste voorwerpen die zich op minder dan ongeveer 1,20 meter van de achterkant van de auto bevinden, worden gedetecteerd.

Inschakelen/uitschakelen

Druk op de schakelaar 1 om het systeem uit te schakelen.

Het schakelaarwaarschuwingslampje licht op om aan te geven dat het systeem is uitgeschakeld.

Bij opnieuw indrukken schakelt het systeem weer in en dooft het lampje.

Storingen

Als het systeem een bedrijfsstoring detecteert, klinkt er een pieptoon van 3 seconden wanneer de achteruitversnelling wordt ingeschakeld. Ga naar een merkdealer.

Bij het manoeuvreren kan de auto aan de onderkant ergens tegenaan rijden (bijvoorbeeld: contact met een paaltje, een trottoir of ander stadsmeubilair) en daardoor schade eraan oplopen (bijvoorbeeld: vervorming van een as enz.) of aan het elektrische circuit of tractiebatterij.

Raak de onderdelen van het circuit of eventuele lekken of vloeistoffen niet aan.

Om ieder risico van een ongeluk te voorkomen, moet u uw auto zo snel mogelijk door een merkdealer laten controleren.

Gevaar op ernstig letsel of een elektrische schok die de dood kan veroorzaken.

PARK ASSIST GEBRUIKEN