Terug naar de lijst

PROCEDURE VOOR VERTREK VANUIT STILSTAND

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5

Bij auto’s die ermee zijn uitgerust, is launch control (Launch Control) een functie waarmee maximale acceleratie mogelijk is.

NB: de functie mag enkel worden gekozen wanneer de mechanische onderdelen hun bedrijfstemperatuur hebben bereikt.

Een intensief gebruik van het systeem beperkt de levensduur van de mechanische onderdelen (koppeling, transmissie ...).

Vanwege de acceleratie die deze functie teweegbrengt, mag ze enkel worden gebruikt als het verkeer dat toelaat en in overeenstemming met de plaatselijke geldende regelgeving. Ga voor elk gebruik na of dit het geval is.

Risico op ongevallen of ernstige verwondingen.

Inschakelen van het systeem

Het systeem wordt ingeschakeld:

- met draaiende motor, stilstaande auto en de versnellingshendel in stand D;

- druk met de linkervoet op het rempedaal;

- terwijl uw linkervoet nog steeds het rempedaal indrukt, drukt u met uw rechtervoet op het gaspedaal tot voorbij het punt van weerstand (het toerental van de motor stabiliseert automatisch).

- laat binnen 3 seconden het rempedaal los voor een snelle start.

Gebruik van deze functie versnelt de slijtage van de banden. Raadpleeg de paragraaf “Banden” in hoofdstuk 5.

Deze functie niet gebruiken op gladde of natte wegen.

Risico op verlies van de controle over de auto.

Omstandigheden waarin het systeem niet wordt ingeschakeld

Onder bepaalde omstandigheden kan het systeem niet worden ingeschakeld:

- Het is mogelijk om drie keer na elkaar vanuit stilstand te vertrekken - daarna wordt de functie gedurende ongeveer 10 minuten uitgeschakeld.

- weg helt te sterk;

- defect van een van de systemen van de auto (ESC...).