Starten, Stoppen van de motor
Starten, Stoppen van de motor
Contactslot bij auto's met een kaart
Wegrijden

De kaart moet zich binnen de detectiezone 1 bevinden.
Om te starten:
Starten: Druk in stand P op het rempedaal en druk op de knop 2, laat het rempedaal los zodra de motor is gestart. Op E-Tech full hybrid voertuigen verschijnt het bericht READY op het instrumentenpaneel en hoort u een geluidssignaal. Het bericht verdwijnt als
de snelheid boven ongeveer 5 km/u komt.

WAARSCHUWING
Zet altijd het contact uit als u iets gaat doen onder de motorkap.
Bijzonderheden
- Als niet is voldaan aan één van de startvoorwaarden, verschijnt het bericht "Druk het rempedaal in + START" of "Zet versnellingshendel op P" op het instrumentenpaneel.
- in sommige gevallen moet het stuurwiel worden bewogen bij het indrukken van de startknop 2 om het ontgrendelen van de stuurkolom mogelijk te maken – in dat geval waarschuwt de melding "Draai stuurwiel + START" u;
Raad
Afhankelijk van de auto hebt u wellicht een Digital Key met alle kaartfuncties.
Als er echter een kaart in het voertuig is achtergebleven en de portieren zijn vergrendeld
met de Digital Key, zijn alle kaartfuncties geblokkeerd.
Raadpleeg voor meer informatie hoofdstuk "Digital key" DIGITAL KEY.
Opmerking:
- de motorunit wordt automatisch na ongeveer 15 minuten uitgeschakeld als de auto heeft stilgestaan en de veiligheidsgordel van de bestuurder niet is vastgemaakt. Indien nodig kunt u de motor opnieuw starten door éénmaal te drukken op de knop 2.
Raad
Tijdens een systeemupdate via het multimediasysteem is het niet mogelijk om de auto
te starten.
Wacht tot de update is voltooid voordat u de auto start.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van het multimediasysteem voor meer informatie over
systeemupdates.
"Handsfree" starten met geopende achterklep

In dat geval mag de kaart zich niet in de bagageruimte bevinden, om te vermijden dat
u ze kwijtraakt.
Functie accessoires
(contact aanzetten)
Zodra u bent ingestapt, kunt u een aantal functies van de auto (radio, navigatiesysteem
ruitenwisser, enz.) gebruiken.
Om de andere functies te gebruiken, drukt u met de kaart in de auto op de knop 2 zonder de pedalen in te drukken.

Het bericht "Plaats kaart in zone + START" verschijnt op het instrumentenpaneel.
Druk op het rempedaal en plaats de kaart 4 (knopzijde) op de kaartzone 3. Druk op de knop 2 om de auto te starten. Het bericht verdwijnt.
Storingen
In sommige gevallen werkt de handsfree kaart niet:
- als de kaartaccu leeg is enz.;
- nabijheid van een apparaat dat dezelfde frequentie gebruikt (monitor, mobiele telefoon, computerspel, telefoonoplader, enz.);
- De auto bevindt zich in een sterk elektromagnetisch veld.
Voorwaarden voor het stoppen van de motor

Het voertuig moet stilstaan met de versnellingshendel in stand P. Het bericht READY verschijnt op het instrumentenpaneel.
Druk met de kaart in de auto op de knop 2: de motor wordt uitgeschakeld. Het bericht READY verdwijnt van het instrumentenpaneel.
De stuurkolom vergrendelt bij het openen van één van de portieren of bij het vergrendelen
van de auto.
Als de kaart niet in het interieur aanwezig is als u de motor wilt stoppen, verschijnt
het bericht "Kaart ontbreekt: STARTingedrukt houden" op het instrumentenpaneel: druk ten minste twee seconden 2 op de toets. Als de kaart zich niet meer in het interieur bevindt, controleert u
of u deze kunt ophalen voordat u de knop ingedrukt houdt. Zonder de kaart kunt u de
auto niet opnieuw starten.
Als de motor is gestopt, blijven de op dat moment ingeschakelde accessoires (radio,
enz.) ongeveer 10 minuten werken.
Als het bestuurdersportier geopend wordt, schakelen de accessoires uit.
Speciaal geval bij voertuigen E-Tech full hybrid
Met stilstaande auto in de elektrische bedrijfsmodus verschijnt het bericht "MOTOR AAN SCHAKEL CONTACT UIT" op het instrumentenpaneel en klinkt er een pieptoon indien:
- de autogordel van de bestuurder niet is vastgemaakt;
- de motorkap open is;
- het bestuurdersportier open is.
WAARSCHUWING
Zet nooit het contact uit voordat de auto compleet stilstaat, anders valt de bekrachtiging
weg. Zodra de motor is gestopt, zullen de remservo, stuurbekrachtiging, enz. en passieve
veiligheidsvoorzieningen, zoals deairbagsen voorspanners, niet meer werken.
WAARSCHUWING
Controleer, als u de auto verlaat en vooral als u de kaart bij u hebt, of de motor
volledig is uitgeschakeld.
WAARSCHUWING
Verantwoordelijkheid van de bestuurder tijdens het parkeren of stoppen van de auto
Laat nooit, ook niet heel even, een kind, een afhankelijke volwassene of een dier
in de auto achter als u deze verlaat.
Het kan zichzelf of anderen in gevaar brengen door bijvoorbeeld de motor te starten,
door organen te bedienen zoals de ruitbediening, of de portieren te vergrendelen,
enz..
Bovendien kan bij warm, zonnig weer de temperatuur in het interieur heel erg snel
oplopen.
LEVENSGEVAAR OF GEVAAR VAN ERNSTIG LETSEL.