Portieren vergrendelen, ontgrendelen

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5

Portieren vergrendelen, ontgrendelen

Als de kaart niet werkt:

In sommige gevallen werkt de kaart niet:
  • als de batterij van kaart versleten is, de batterij ontladen is enz.;
  • door het gebruik van elektronische apparaten in de buurt van de afstandsbediening werken (bijv. mobiele telefoon);
  • De auto bevindt zich in een sterk elektromagnetisch veld
  • voertuig vergrendeld met een digitale sleutel DIGITALE SLEUTEL
In dat geval is het mogelijk:
  • de in de card geïntegreerde sleutel te gebruiken;
  • de portieren één voor één met de hand te vergrendelen;
  • gebruik van de schakelaar in het interieur voor het vergrendelen/ontgrendelen van de portieren;
  • om de digitale sleutel DIGITALE SLEUTELte gebruiken, afhankelijk van de auto.

In de kaart geïntegreerde sleutel

Met de geïntegreerde sleutel 2 kunt u het linkervoorportier vergrendelen of ontgrendelen wanneer de kaart niet werkt.

Toegang tot sleutel 2

Schuif de behuizing achter 1 omlaag terwijl u op de zone Adrukt.

Gebruik van de sleutel die in de kaart is ingebouwd

Verplaats de slotkap 3 door op het linkergedeelte te drukken; plaats de sleutel 2 in het slot om het bestuurdersportie te vergrendelen of ontgrendelen.

Handmatig vergrendelen van de portieren

Draai, met het grote portier open, de schroef 4 (met behulp van het uiteinde van de sleutel) en sluit het portier.
Nu is de deur van buitenaf vergrendeld.
Het openen kan alleen van binnenuit gebeuren of met de noodsleutel voor het linker voorportier.

Schakelaar voor het vergrendelen/ontgrendelen van de portieren van binnenuit

De schakelaar 5 bedient tegelijkertijd de deuren en de deur van de bagageruimte.
Als een portier (of de achterklep) open of niet goed gesloten is, vergrendelen/ontgrendelen de portieren snel.
Bij transport van een voorwerp met geopende achterklep, kunt u toch de portieren vergrendelen: druk, met de motor uit, langer dan vijf seconden op de schakelaar 5 om de andere portieren te vergrendelen.

Controlelampje van de portiervergrendeling

Wanneer het contact aan is, geeft het waarschuwingslampje in de schakelaar 5 de staat van de portiervergrendeling aan:
  • wanneer het waarschuwingslampje brandt, zijn de deuren en de deur van de bagageruimte vergrendeld;
  • lampje uit: de portieren zijn ontgrendeld.
Als het contact is uitgeschakeld, blijft het waarschuwingslampje nog enige tijd branden wanneer u de portieren vergrendelt, waarna het vanzelf dooft.
Raad
Nadat de auto is vergrendeld/ontgrendeld met behulp van de kaartknoppen, worden de handsfree vergrendelen/ontgrendelen-modi gedeactiveerd.
De "handsfree" modus wordt hersteld na het starten van de auto.

Portieren vergrendelen zonder kaart

Bijvoorbeeld als de kaartbatterij leeg is, de kaart tijdelijk niet werkt, enz.
Houd met afgezet contact en een portier of de achterklep geopend de schakelaar 5 meer dan vijf seconden ingedrukt.
Bij het sluiten van het portier worden alle portieren en kleppen vergrendeld.
Opmerking: de auto kan alleen van buitenaf worden ontgrendeld als de kaart zich in de toegangszone van de auto bevindt, of met behulp van de ingebouwde kaartsleutel.
WAARSCHUWING
Laat nooit een kaart in de auto liggen als u de auto verlaat.
WAARSCHUWING
Verantwoordelijkheid van de bestuurder
Bedenk dat het rijden met vergrendelde portieren een belemmering kan zijn voor hulpverleners in geval van nood.