Spiegels

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5

Spiegels

Buitenspiegels met elektrische afstelling:

Selecteer de buitenspiegel met behulp van de schakelaars 3 en verstel hem daarna met de schakelaar 2 in de gewenste stand.

Verwarmde achteruitkijkspiegels

Terwijl de motor draait, wordt de spiegelverwarming tegelijk met achterruitverwarming geactiveerd.
WAARSCHUWING
Voer deze aanpassingen uitsluitend uit als de auto stilstaat.

Elektrisch inklapbare spiegels

De buitenspiegels klappen automatisch uit als de auto wordt ontgrendeld. De spiegels klappen automatisch in bij het vergrendelen van de auto.
U kunt het automatisch in- of uitklappen van de buitenspiegels uit- en inschakelen MENU VOOR HET PERSONALISEREN VAN DE INSTELLINGEN VAN DE AUTO.
U kunt het systeem uitzetten met de schakelaar 1. In deze situatie blijven de buitenspiegels ingeklapt totdat de knop 1 opnieuw wordt ingedrukt, zonder automatisch inklappen.
bijzonderheid
Wanneer de achteruitkijkspiegel handmatig is in- of uitgeklapt, kan hij worden teruggezet naar een bepaalde gebruiksstand.
Dit kan door op de schakelaar 1 te drukken. U hoort een mechanische klik vanuit het spiegelblok.
Als u geen klikgeluid hoort, drukt u opnieuw op de schakelaar 1 totdat u het klikgeluid van de buitenspiegels hoort.
WAARSCHUWING
Voorwerpen die worden waargenomen in de achteruitkijkspiegel zijn in werkelijkheid dichterbij dan ze lijken.
Voor uw eigen veiligheid dient u hiermee rekening te houden bij het bepalen van de afstand, voordat u een manoeuvre uitvoert.

Kantelende spiegels bij achteruitrijden

Voor auto’s met een bestuurdersstoel met geheugen kunt u de buitenspiegels specifiek afstellen bij het achteruitrijden en de stand in het geheugen opslaan.
Selecteer bij stilstaande auto en ingeschakelde achteruitversnelling de achteruitkijkspiegel met een van de schakelaars 3 en zet daarna de spiegel met schakelaar 2 in de gewenste stand.

Terugzetten in de rijstand

Het is mogelijk om van de achteruitversnelling naar een vooruitversnelling te gaan:
  • ongeveer 9 seconden nadat uit de achteruitversnelling is geschakeld, wanneer de snelheid minder dan 10 km/u bedraagt;
  • wanneer in vooruit wordt geschakeld en de snelheid meer dan 10 km/u bedraagt;
  • wanneer de motor stilstaat.

Vastleggen van de afstellingen

  • De buitenspiegels afstellen (zie vorige paragrafen);
  • zie de gebruiksaanwijzing van het multimediasysteem om de geheugeninstellingen te openen. Sla de instellingen op.
De posities van de buitenspiegels in vooruit- en achteruitversnelling en de positie van de bestuurdersstoel worden tegelijk opgeslagen.

Oproepen van de geheugenpositie

Zie de gebruiksaanwijzing van het multimediasysteem om de opgeslagen stand op te roepen.
Selecteer "Terugroepen".
De standen van de buitenspiegels bij het vooruit- en achteruitrijden en van de voorstoelen worden opgehaald.
WAARSCHUWING
Voer deze aanpassingen uitsluitend uit als de auto stilstaat.

Binnenspiegel

De binnenspiegel is verstelbaar.

Spiegel met hendel 4

Om te voorkomen dat u in het donker verblind wordt door de koplampen van achter u rijdende voertuigen, kunt u de achteruitkijkspiegel kantelen met het knopje 4 achter de spiegel.

Spiegel met hendel 5

De achteruitkijkspiegel wordt automatisch donkerder wanneer er een auto achter u rijdt met groot licht of zeer fel licht.

Camerabeeld achter

Afhankelijk van de auto kan uw achteruitkijkspiegel zijn uitgerust met een weergave van de omgeving achter de auto die wordt uitgezonden door de camera die achter de achterruit is geplaatst.
Voor meer informatie CAMERABEELD ACHTER.