SPIEGELS

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5

Binnenspiegel

De binnenspiegel is verstelbaar.

Om te voorkomen dat u in het donker ver- blind wordt door achter u rijdende voertui- gen, kan het spiegelglas in de nachtstand gekanteld worden met het knopje 1 achter de spiegel.

Elektrisch verstelbare buitenspiegels

Selecteer, met het contact aan, de binnenspiegel met behulp van de schakelaar 2 en zet deze daarna met de knop 3 in de gewenste stand.

Verwarmde buitenspiegels

De spiegels worden alleen of gelijk met de achterruit verwarmd.

Voer deze verstellingen uitsluitend uit als de auto stilstaat.

Extra binnenspiegel 5

(afhankelijk van de auto)

Zet de zonneklep 4 omlaag om bij de speciale spiegel te kunnen die beter zicht opzij biedt tijdens het manoeuvreren.

De bestuurder heeft uitzicht via:

- A de extra binnenspiegel;

- B de ruit van de passagier;

- C de buitenspiegel.

Voorwerpen in het buitenspiegelglas zijn dichterbij dan ze lijken.

Voor uw eigen veiligheid dient u hiermee rekening te houden bij het bepalen van de afstand, voordat u een manoeuvre uitvoert.